Het graan dat de Eierlandse boeren produceerden moest elders worden gemalen. Gelukkig konden ze een onrendabele molen uit De Waal overnemen. Deze werd afgebroken en aan de Postweg herbouwd (1850). Molen…Molenbos…Molenlaan. De laan werd met iepen omzoomd. Toen die aan iepziekte bezweken en werden omgehakt bewaarde men de stammen en bouwde de fantasierijke molen/uitkijkpost bij het dorpsplein.
Brand door inslaande bliksem vernielde de durper molen in 1881. Al snel konden ze een nieuwe kopen, voor 1200 gulden, die ooit als korenmolen De Hoop in Amsterdam was gebouwd en naar Sassenheim was verhuisd. De eigenaar zag meer brood in telen van bollen dan in malen van graan. In 1882 ging De Hoop op Texel werken. Maar het noodlot achtervolgde de wiekendraaier. De krant meldde op 2-9-1920 dat de molen van Gebr. Dros totaal was afgebrand.
“Het was een verheven schouwspel dien brand te aanschouwen.”
Durpers mompelden dat de oude molenaar was vergeten om zijn opvolger te zeggen dat hij als het woei met een emmer water naar boven moest om een eventuele brand te blussen.
Dag molen!