Wegens geldgebrek werd in 1837 de smederij in De Cocksdorp ingericht tot RK kerk en werd de eerste pastoor Gerardus van den Bosch. In 1841 vond de bouw plaats van de NH-kerk, bijna aan het eind van de toenmalige Dorpsstraat. Het kerkgedeelte is anno 2016 nog steeds herkenbaar. De kelder bevindt zich nu nog steeds op het erf van Kikkertstraat 75.

Het was nog in 2016 eigendom van Catrien van der Werve-Boon met in en bij het huis nog zichtbare onderdelen van de eerste RK kerk, zoals de kelder van de pastoor, de ingang van de kerk, et cetera. Vroeger woonde aan de andere kant haar broer Pieter Boon met zijn gezin.

Omdat het de gewoonte was om bij onduidelijkheid over de afkomst niet de achternaam maar de naam van de vader er bij te noemen, heette men bijvoorbeeld Piet van Maarten. Maar omdat er op het dorp tegelijkertijd wel drie mannen met gezinnen met de naam Maarten Boon waren, werd dat te verwarrend. Daarom werden de zonen van Maarten Boon en zijn vrouw Josine Mechielsen genoemd: Piet van Sien, Gerard van Sien en Arjaan van Sien.

In de oorlog stond een artikel in de Texelsche Courant met het volgende stukje tekst: ‘Op 19 maart 1842 werd de RK statie in Nieuwdorp opgericht.’ Dit is echter foutief want toen de kerk in gebruik werd genomen was de naam al veranderd in De Cocksdorp.

De eerste pastoor was dus Gerardus van den Bosch en bij de eerste dienst was de leiding in handen van Bernhard Jos. Gerving, aartspriester van Zeeland, Holland en West-Friesland. Hij wijdde de kerk toe aan de H. Francisca Romana. De collecte vond plaats met de schelpenschop van Hendrik Gootjes, schelpenvisser langs het strand.

De priester had van te voren gezegd : ‘Strooi maar erwtenstro op de grond tegen het stuiven.’ Het was een sobere ruimte zonder altaar, preekstoel, doopvont, ja zelfs zonder vloer. Op 6 juni 1842 werd het erf voor een nieuw te bouwen RK kerk en pastorie geschonken door de hoofddirectie van de Sociëteit van Eijerland.

In augustus 1842 was er een aandeelhoudersvergadering over de RK kerk, het ging om een bedrag van 3.950 gulden (1.800 euro). Het zou nog vele jaren duren tot de realisering van de nieuwe kerk een feit was.

De pastoor woonde nog steeds bij zijn kerkje. In oktober 1848 was de regenbak klaar bij het huis van de pastoor en op een plaquette met inscriptie staat de opdrachtgever van toen M. H. Kruijsen.

Share This